Uit een eerste lezing van de conclusies valt op te maken dat de kans groot is dat een plaat in de dubbele bodem van de romp van het containerschip van 8.110 teu het begeven heeft. Het rapport sluit niet uit dat factoren zoals de invloed van de zee en “verschillen tussen het opgegeven en het daadwerkelijk gewicht van containers” de scheepsramp mee hebben veroorzaakt. Daar wordt wel aan toegevoegd dat de overbelasting “zeer gering” moet zijn geweest.

Definitieve uitspraken doet het rapport niet echt. Het schip ligt naar verluidt ook op een diepte die een onderzoek van het wrak onmogelijk maakt. Het onderzoeksteam paste een aantal mathematische modellen toe om tot zijn bevindingen te komen en vergeleek de ‘MOL Comfort’ daarbij met andere schepen.

Het rapport bevat ook een aantal aanbevelingen. Die handelen onder meer over de nood om de structurele veiligheid van postpanamax containerschepen van 8.000 teu grondig te evalueren, en over het mogelijk gebruik van systemen om het gedrag van de scheepsromp te monitoren.

De amper vijf jaar ‘MOL Comfort’  brak in twee en verging in juni 2013 in de Indische Oceaan. Vorige week zorgde een verantwoordelijke van DNV GL nog voor enige opschudding gezorgd door op het jaarcongres van de International Union of Marine Insurance (IUMI) te stellen dat het schip slecht ontworpen en onvoldoende stevig gebouwd was. Zo ver gaat het rapport van ClassNK zeker niet. Na het vergaan van de ‘MOL Comfort’ werden op de zusterschepen wel de staalplaten van de dubbele bodem van de romp extra verstevigd.

Lees ook: ‘MOL Comfort’ blijft voor deining zorgen