Familiebedrijf De Wit heeft recent bunkerschip ‘Brabo’ volledig laten ombouwen. Het schip kan nu voortaan naast drinkwater en smeerolie ook AdBlue voor zowel de binnen- (AUS32) als de zeevaart (AUS40) bunkeren, een unicum binnen het ARA-gebied.
De Wit Bunkering transformeerde op drie maanden tijd de ‘Brabo’ van een klein bunkerschip naar een hoogwaardig, gespecialiseerd bunkerschip voor de levering van zowel AUS32 als AUS40, drinkwater en smeerolie.
Klaar voor simops-operaties
“Op plaatsen waar tankschepen lossen, kunnen of mogen vrachtwagens vaak niet tot aan het schip rijden”, zegt Peter De Wit van De Wit Bunkering. “En op containerterminals in de Rotterdamse haven zijn tankwagens al sowieso verboden. Tot op vandaag werd er dan met een transportschip met aan boord enkele IBC’s (kleine vloeistofcontainers) gewerkt, die leegpompen met een debiet van slechts 20 kuub per uur met een verhoogd risico op spills. Het alternatief is dan om een zeeschip te verhalen (verplaatsen) naar een andere kade wat zeer duur is voor een rederij”, aldus De Wit.
“Wij pompen met ‘Brabo’ AdBlue/AUS40 over aan 150 kuub per uur”, zegt De Wit. “Omdat AdBlue, smeerolie en uiteraard drinkwater niet vallen onder de ADN-regeling (vervoer van gevaarlijke stoffen), kunnen we ook zogenaamde simops-operaties (simultane operaties) uitvoeren. Dit wil zeggen dat we tijdens het laden en lossen van een schip kunnen bunkeren.”
Antwerpen en Rotterdam
Ook twee andere bunkerschepen van Groep De Wit zijn ondertussen voorzien om AdBlue te bunkeren. “Zo leveren we vandaag AdBlue aan een containerschip op de Rotterdamse Maasvlakte en hadden we een soortgelijke opdracht in de Antwerpse haven”, zegt De Wit. “Het is voor ons belangrijk om op hetzelfde moment leveringen te kunnen afhandelen, dit zowel in Antwerpen als in Rotterdam.”
Investeren om kosten te drukken
Meestal worden schepen groter gemaakt, maar bij De Wit Bunkering opteerden ze om ‘Brabo’ zo’n 12,64 meter korter te maken. ‘Brabo’ meet nu 34,82m en is hierdoor niet alleen mooier, maar ook wendbaarder”, zegt Peter De Wit trots.
De volledige verbouwing van ‘Brabo’ heeft zo’n 400.000 euro gekost. “Dat is alleen maar de investeringskost voor het verbouwen van het schip”, zegt De Wit. “Daarnaast hebben we onze exploitatiekost, die bestaat uit onder andere de kost van afschrijvingen, ligplaatsen, onderhoud en, niet te vergeten, de personeelskost. Door het schip terug te brengen naar een totaallengte van 34,82 meter kunnen we voortaan met één man varen. Zo brengen we niet alleen onze personeelskost naar beneden, maar is dit ook een groot voordeel in tijden van personeelskrapte. We doen hier overigens ook een zware investering in een segment zonder vaste contracten, dus dat blijft toch een risico”, zegt De Wit. “En wanneer we naar Rotterdam varen, moeten we altijd met twee kapiteins aan boord zijn in verband met de vaartijden.”
AdBlue verschillend voor binnen- en zeevaart
AdBlue, in Nederland beter bekend als ureum, leidt op basis van 32,5% ureum en 67,5% gedemineraliseerd water (AUS32) tot een reductie van de stikstofuitstoot van dieselvoertuigen. Omwille van de grootte en de hogere belasting bij scheepsmotoren op diesel in de zeevaart wordt daar een hogere concentratie ureum gebruikt, namelijk 40%, of AUS40. Bunkerschip ‘Brabo’ kan volgens De Wit Bunkering beide types in bulk leveren (tot 70 kuub), dankzij vier gespecialiseerde tanks die zowel AUS32 voor de binnenvaart als AUS40 voor de zeevaart kunnen opslaan.
Aanpassingen aan ‘Brabo’
Niet alleen de lengte van ‘Brabo’ werd aangepast. Alle tanks aan boord van het bunkerschip werden zorgvuldig gezandstraald en voorzien van een nieuwe coating om te voldoen aan de hoogste kwaliteits- en veiligheidsnormen, schrijft De Wit Bunkering in een bericht. Daarnaast is er een geheel nieuw roestvrijstalen leidingsysteem geïnstalleerd, wat zorgt voor meer duurzaamheid en corrosiebestendigheid, essentieel voor het veilig vervoeren van ureum.
Ook de smeeroliecapaciteit werd uitgebreid tot zo’n 28 kubieke meter. Het bestaande gedeelte voor smeerolieopslag is behouden, maar we hebben de aangrenzende AdBlue-tank omgebouwd tot een vierde smeerolietank. Dit geeft ons extra capaciteit om smeerolie nog efficiënter en gevarieerder te leveren aan onze klanten.
Het drinkwatergedeelte is ongewijzigd gebleven, wat betekent dat we nog altijd dezelfde betrouwbare tanks hebben voor het leveren van schoon drinkwater. Deze tanks voldoen volledig aan de normen voor veilige drinkwateropslag en blijven een essentieel onderdeel van onze service, aldus De Wit Bunkering.
Vierde generatie
Bij familiebedrijf De Wit doet ondertussen de vierde generatie zijn intrede. “Onze oudste zoon Seppe is op 1 oktober begonnen als business controller. Een rol waarin hij de processen van al onze bedrijven zal doorlichten en trachten te optimaliseren”, zegt De Wit. “We vinden het erg belangrijk dat onze kinderen eerst werkervaring opdoen bij andere bedrijven vooraleer ze bij ons aan boord komen”, besluit De Wit.
