Tijdens de Communicatietop 2024, georganiseerd door Flows en Belga, gingen professionals uit de bedrijfswereld in gesprek over communicatie over duurzaamheid. Een open dialoog met tegenstanders en een transparante communicatie blijken dé sleutelfactoren om tot duurzame groei te komen.
Vakmagazine Flows organiseerde op dinsdag 24 september in samenwerking met persagentschap Belga de Communicatietop. Het event is drie jaar geleden ontstaan vanuit de vaststelling dat bedrijven uit de maritieme en logistieke sector niet altijd even sterk inzetten op communicatie. “We zagen een sector die terughoudend was om te communiceren, maar vandaag zien we vanuit diezelfde sector steeds meer communicatiemensen en woordvoerders naar buiten treden”, geeft Hans Vandendriessche, hoofdredacteur van Belga, aan.
Thema dit jaar was de communicatie rond duurzaamheid. Vandaag ondernemen bedrijven heel wat initiatieven rond duurzaamheid, maar hoe slaag je erin dat op een goede manier te communiceren zonder het risico te lopen dat de initiatieven groener worden voorgesteld dan ze zijn. “Omarm je tegenstander”, was de quote van de dag.
Klacht niet per se negatief
“Vanuit een natuurlijke reflex bekijken we klachten als iets negatiefs en willen we dat aantal klachten zo laag mogelijk houden, maar eigenlijk moet je daar heel open naar kijken en het gesprek durven aangaan”, zegt Annik Dirkx, woordvoerster van Lantis. “Een klacht is het teken dat iemand de moeite heeft gedaan om iets van jou te vinden en dat zijn vaak inzichten en perspectieven die je misschien niet hebt gezien. Vandaar de boodschap: ga de dialoog aan en omarm je tegenstander.”
“Greenwashing is een thema dat wel wat polariserend is, maar wel een heel boeiend thema”, zegt Tycho Van Hauwaert van de Bond Beter Leefmilieu (BBL). “Ik denk dat we als BBL tussen de bedrijven kunnen staan precies omdat we de dialoog aangaan met de bedrijven. Het zijn weliswaar soms moeilijke gesprekken, maar het zijn wel gesprekken die ons dichter bij elkaar brengen.”
Communicatie op basis van cijfers
De bedrijven uit de haven Indaver (Katoen Natie) en Evonik brachten elk een presentatie om de duurzame initiatieven en vooral de communicatie daarover toe te lichten. “Duurzaamheid is de basis van wat we doen. Toen we in 1985 zijn opgericht, bepaalden we al meteen dat we de afvalstoffen die ons worden toegestuurd, ecologisch en economisch verantwoord willen verwerken. Dat idee zit ingebakken in onze reden van bestaan en heeft geresulteerd in duurzaamheidsrapporten”, opent Karl Vrancken, chief sustainability officer bij het afvalverwerkend bedrijf Indaver, zijn keynote.
Op het vlak van vermelding in de pers, benadrukt Vrancken dat de communicatie altijd verloopt op basis van feiten en wetenschappelijk onderbouwde informatie. “We gaan zo veel mogelijk uit van metingen, rapporten en samenwerkingen met onderzoekspartijen die vastleggen wat we doen. Cijfers helpen om duidelijk te maken wat we bedoelen. Die cijfers laten we ook extern auditeren. Elk getal dat in ons duurzaamheidsrapport staat, is door een externe audit gedaan.”
“In het kader van green claims zijn er veel afvalbedrijven die zeggen dat een nulemissie bestaat, wij zeggen: ‘Nul bestaat niet’. We zullen nooit communiceren dat we geen emissies hebben. Er zullen altijd emissies zijn”, besluit hij.
“Samen verschil maken”
Chemiebedrijf Evonik, een wereldspeler in speciaalchemie, baat op een terrein van 109 hectare in de Antwerpse haven tien productie-eenheden uit. Evonik Antwerpen is de op een na grootste buitenlandse vestiging van Evonik Industries. Onlangs kreeg het bedrijf een nieuwe vergunning voor haar activiteiten van de Vlaamse overheid – en daar ging een positief advies van de Bond Beter Leefmilieu (BBL) aan vooraf. Het bedrijf ging in actieve dialoog met BBL en wist zo de belangen van chemie en milieu te verzoenen.
“Bij Evonik staat ‘duurzaamheid’ voor meer dan alleen het reduceren van NOx-/stikstofemissies en CO₂”, gaf Danny Erreweyaert, communicatiemanager van Evonik Antwerpen nv, mee. “Ook sociale en maatschappelijke verantwoordelijkheid staat bij het chemiebedrijf centraal in de bedrijfsvoering. Ik nodig iedereen uit om ons op deze reis naar een duurzame toekomst te vergezellen. Samen kunnen we een verschil maken!”
